Gecontroleerde huisvesting
Het merendeel van de professionele varkensbedrijven houdt varkens onder gecontroleerde huisvesting. Dit is een statuut dat toegekend wordt wanneer je beslag aan een reeks voorwaarden voldoet en bepaalt rechtstreeks welke onderzoeken en keuringen er gebeuren wanneer je varkens laat slachten.
Wat zijn de voorwaarden voor gecontroleerde huisvesting?
De voorwaarden waaraan je moet voldoen om varkens te houden onder gecontroleerde huisvesting zijn beschikbaar op de website van het FAVV (zie GECONTROLEERDE HUISVESTING BIJ VARKENS (afsca.be))
Tip: Van zodra je één of meerdere varkens hebt die buiten lopen, voldoe je niet meer aan gecontroleerde huisvesting en dien je dit statuut aan te passen. Gezelschapsvarkensbeslagen worden steeds met buitenbeloop geregistreerd en kunnen bijgevolg nooit voldoen aan gecontroleerde huisvesting.
Wat zijn de gevolgen als mijn beslag niet voldoet aan gecontroleerde huisvesting?
Wanneer je varkens afvoert naar het slachthuis vermeld je bij de VKI steeds of je beslag al dan niet aan gecontroleerde huisvesting voldoet. Voldoet je beslag hier niet aan, dan zullen je varkens in het slachthuis systematisch onderworpen worden aan een uitgebreide post-mortemkeuring en trichinenonderzoek. Meer informatie over wat deze onderzoeken precies inhouden kan je nalezen in deze omzendbrief van het FAVV.
Hoe kan ik mijn statuut aanpassen?
Je kan zelf je statuut via Veeportaal (zie handleiding Wijziging sanitaire gegevens varkensbeslag) wijzigen. Een andere mogelijkheid is dat je de wijziging doorgeeft via het formulier, DGZ registreert dan de wijziging voor je.
Aankopen van varkens afkomstig van een beslag met gecontroleerde huisvesting
Koop je varkens aan en voldoet je eigen beslag aan gecontroleerde huisvesting? Dan ben je als varkenshouder zelf verantwoordelijk dat je steeds varkens aankoopt van beslagen die ook gecontroleerde huisvesting hebben.
Tip: Informeer je steeds voordien bij het bedrijf van herkomst en vraag hiervan een bewijs.