Update vogelgriep: Uitbraak H5-type op pluimveebedrijf in Diksmuide
Op een braadkippenbedrijf in het West-Vlaamse Diksmuide werd een licht verhoogde sterfte onder het pluimvee opgemerkt. Donderdag 17 december 2020 werd vastgesteld dat het om vogelgriep van het type H5 gaat. Verder onderzoek moet nog uitwijzen of het om een hoog- of een laagpathogene variant gaat. Rond de nieuwe haard werd een tijdelijke bufferzone van 3 kilometer ingesteld. De boodschap blijft: wees waakzaam!
De maatregelen in de tijdelijke bufferzone van 3 kilometer rond de haard zijn voor onbepaalde duur van kracht. Als zou blijken dat het om een hoogpathogene variant gaat, zullen de maatregelen worden uitgebreid.
De maatregelen in de tijdelijke bufferzone (3 km) zijn:
- pluimvee en de andere vogels in de stallen, gebouwen of hokken moeten opgesloten worden.
- de verplaatsing van alle pluimvee, andere vogels en broedeieren is verboden, doorvoer doorheen de zone is wel toegelaten.
- alle houders van pluimvee en andere vogels moeten een inventaris opmaken waarin aangeven wordt hoeveel dieren er per soort gehouden worden.
- Professionele houders sturen hun inventaris binnen de 24 uur naar de LCE van het Agentschap waarvan zij afhangen.
- Particuliere houders sturen hun inventaris binnen de 48 uur naar hun gemeente- of stadsbestuur.
- Daarnaast zijn een reeks maatregelen van kracht voor de commerciële pluimveebedrijven in deze zone.
Eerder werden in ons land een aantal besmettingen vastgesteld bij wilde vogels op een tiental locaties in West-Vlaanderen en Oost-Vlaanderen en daarnaast besmettingen met een hoogpathogene variant bij een hobbyhouder in Dinant en op een pluimveebedrijf in Menen. Daar versmolt woensdagnacht het beschermingsgebied (3 kilometer rond de besmette pluimveehouderij) met het toezichtsgebied (10 kilometer rond de haard). Naar alle verwachtingen zal dit toezichtsgebied in Menen kunnen worden opgeheven in de nacht van 25 op 26 december.
Ophokplicht blijft gelden
Het blijft uiterst belangrijk om een goede bioveiligheid te voeren en de ophokplicht strikt toe te passen zodat de dieren niet in contact komen met wilde (water)vogels en hun uitwerpselen. Dit geldt zowel voor professionele pluimveehouders als voor hobbyhouders.
De algemene maatregelen die eerder werden vastgelegd (zie persbericht FAVV van 14 november 2020) om een verdere verspreiding van het virus te voorkomen blijven gelden.
Merk je een verhoogde sterfte op of een ander symptoom van ziekte, contacteer dan onmiddellijk je bedrijfsdierenarts.
Dierenartsen moeten op hun beurt onmiddellijk de LCE verwittigen in geval van verdenking.
Lees meer:
- Een volledig overzicht van de maatregelen is terug te vinden op de website van het FAVV.