MCC lanceert PCR-analyse voor A2-gen in melk
De vraag naar A2-melk neemt wereldwijd toe, voornamelijk omdat deze melk mogelijk beter verteerbaar zou zijn voor sommige mensen. Hierdoor kiezen meer en meer melkveeveehouders voor de productie van A2-melk. Om Vlaamse melkveehouders te ondersteunen bij deze marktvraag, lanceert MCC in september 2024 een nieuwe PCR-test die het A2-gen in melk detecteert. Deze test kan melkveehouders een duwtje in de rug geven om hun kuddes te optimaliseren voor de productie van zuivere A2-melk.
Dat melk een bron van eiwitten is, is al lang geweten. Een glas halfvolle melk van 150 ml bevat al zo’n 10% van de dagelijks aanbevolen hoeveelheid melkeiwitten. Ongeveer 80% van deze eiwitten bestaat uit verschillende soorten caseïne-eiwitten, ook wel kaasstof genoemd vanwege hun rol bij het maken van kaas. Bètacaseïne is de op één na meest voorkomende vorm, die zelf ook weer bestaat uit minstens acht varianten.
A1- versus A2-melk
De twee varianten die het vaakst voorkomen zijn A1-bètacaseïne en A2-bètacaseïne. Melk kan zowel A1- als A2-bètacaseïne bevatten, maar in A2-melk zit alleen A2-bètacaseïne. Hoewel op dit moment de positieve impact van A2-melk op de gezondheid van de mens nog niet is bewezen, stappen melkveehouders wereldwijd over naar de productie van A2-melk om aan de stijgende marktvraag te voldoen.
Of een koe al dan niet A2-melk produceert, wordt bepaald door haar genetica. Elke koe erft twee kopieën van het bètacaseïne-gen, eentje van het moederdier en eentje van het vaderdier. Zo’n kopie wordt een allel genoemd. Een heterozygote koe heeft twee verschillende allelen (bv. A1A2) en produceert melk met zowel het A1- als A2-bètacaseïne, wat ongewenst is voor de productie van zuivere A2-melk.
Een homozygote koe heeft twee identieke allelen (A1A1 of A2A2), waardoor ze uitsluitend zuivere A1- of A2-melk produceert. Daarom zetten veehouders in op het kweken van homozygote A2A2-koeien.
Er is aanzienlijke genetische variatie onder melkveerassen. Zo zouden de rassen Jersey, Guernsey en Brown Swiss voornamelijk A2-melk produceren en in Holstein Friesian-kuddes zou 40% van de koeien van nature A2-melk produceren, hoewel duidelijke en betrouwbare cijfers ontbreken. Het voorkomen van sommige genetische varianten kan sterk beïnvloed worden door specifieke kweekprogramma’s, soms zelfs onbedoeld, waardoor er grote regioverschillen kunnen ontstaan. Dus om zeker te weten wat de genetica van het dier is, blijft genetisch testen met bijvoorbeeld PCR noodzakelijk.
Bepaalde rassen zouden voornamelijk A2-melk produceren, waaronder het Jersey-ras.
Nieuwe PCR-analyse detecteert A2
Vanaf vrijdag 6 september 2024 biedt MCC een allel-specifieke PCR-analyse aan om te bepalen of een koe homo- of heterozygoot is voor A2, en of het tankmelkmonster zuivere A2-melk bevat. De PCR detecteert de A2- en niet-A2-allelen in zowel individuele melk als in tankmelk. Op die manier kom je te weten welke van je koeien A2-koeien zijn, waarmee je kunt kweken om een kudde te verkrijgen met enkel homozygote A2-dieren die zuivere A2-melk produceren.
Onderstaande tabel geeft een overzicht van de mogelijke resultaten.
De analyse kan worden aangevraagd bij MCC via het aanvraagformulier “Diagnostiek melk”. Een tankmelkonderzoek kan ook steeds worden aangevraagd op de officiële kwaliteitsmonsters. Hiervoor kan je contact opnemen met de helpdeskmedewerkers van MCC (via mail info@mcc-vlaanderen.be of telefoon 078 15 47 10). Het tarief vind je in de MCC-tarievenlijst.