In het weekend van 13, 14 en 15 september werd Sanitel naar een nieuw informatica-platform overgebracht. De migratie verliep goed, maar de performantie van Sanitel was voorbije dagen van die aard dat ze bij bepaalde gebruikers vaak lange wachttijden veroorzaakte en onterechte foutmeldingen gaf. Op 18 september werden correcties doorgevoerd waardoor de werking van Sanitel opnieuw acceptabel is. Er kunnen nog kleine of individuele problemen opduiken, maar zonder impact op de algehele performantie. In de loop van de volgende dagen volgt communicatie over de datum waarop de performantie van Sanitel weer als normaal wordt beschouwd en wanneer de ontbrekende registraties uiterlijk moeten gebeuren.

078 05 05 23
Kies je dier
Kies je dier

Uit de resultaten van ongeveer 35% van de melkmonsters die veehouders insturen vanwege klinische mastitis bij hun koeien, blijken Escherichia coli, Streptococcus uberis en Klebsiella species de belangrijkste veroorzakers te zijn. Niet-aureus Staphylococcus species worden in bijna 18% van de gevallen teruggevonden. Maar waar ligt precies de oorzaak van deze besmetting? Het is essentieel om zowel de koe als haar omgeving onder de loep te nemen om problemen te voorkomen. Wanneer een propere koe met een propere uier een propere melkinstallatie instapt, is de kans veel kleiner dat er mest en bacteriën in de melk en uier terecht komen. Zorgen voor een schone koe en een hygiënische omgeving vergroot de kans op kwalitatief hoogwaardige melk en gezond vee.

Een propere koe

De hygiëne van een koe zegt heel wat over haar omgeving. Een propere koe wijst op een propere omgeving, wat wellicht ook wijst op een lage infectiedruk vanuit haar omgeving . Een vuile koe daarentegen betekent sowieso een hogere infectiedruk.

Waar kun je op letten om mastitis door omgevingskiemen te voorkomen?

  • Is de uier proper? Let daarbij ook op de achter- en zijkanten.
  • Zijn de uiers en spenen proper vooraleer de melkklauw aan te hangen?
  • Zijn de flanken schoon?
  • Hoe is het gesteld met de hygiëne van de poten?
  • Zijn de klauwen in orde, zodat de koe niet te veel hoeft te liggen?
  • Blijven de koeien minstens 30 minuten rechtstaan na het melken?
  • Is de stress beperkt bij de dieren?

Je kan de properheid van je koeien objectief (laten) scoren. Het is belangrijk om een voldoende groot aantal koeien (zo’n vijftigtal) te scoren, inclusief de droge koeien en de drachtige vaarzen. Er bestaan scorekaarten die kunnen helpen om het scoren van uier- en speentophygiëne objectief in beeld te brengen, en die vrij beschikbaar zijn (bv. de uierhygiëne scorekaart van het M-team). Het regelmatig (minstens halfjaarlijks, idealiter vier keer per jaar) wegbranden of scheren van het haar van de uier en staart draagt bij aan schonere uiers, wat de kans op besmetting aanzienlijk verkleint.

Foto 1: Door uiers te scheren of te branden krijgt het vuil minder kans om aan de uiers te blijven “plakken”.

Foto 2: Omdat haren op de uier en grove haren van de staart contact hebben met de spenen en melkbekers tijdens melken, kunnen ze deze bevuilen.

Een propere omgeving

Infectiedruk kan ook uit de omgeving van de koe komen. Zelfs wanneer alles met het blote oog proper lijkt moet je verder kijken, want in de omgeving van de koe kunnen (onzichtbare) ziekteverwekkers schuilen.

Waar kun je zoal op letten om de infectiedruk uit de omgeving zo klein mogelijk te houden/te verlagen?

  • Zijn de ligboxen proper en droog?
  • Wordt er dagelijks voldoende beddingmateriaal ingestrooid?
  • Is het beddingmateriaal van goede kwaliteit? Als er een vermoeden is dat daar de oorzaak van je problemen ligt of je wilt het uitsluiten, stuur je een monster in voor verder onderzoek.
  • Zijn de wachtruimtes proper zodat opspattend vuil tot een minimum beperkt wordt?
  • Is het melkstel vrij van mest?
  • Worden de speentoppen goed ontsmet bij het toedienen van uiertubes?

Binnenkort: analyse beddingmateriaal mogelijk!

DGZ Labo lanceert binnenkort een analyse die helpt om beddingmateriaal objectief te kunnen beoordelen. Houd onze nieuwsbrieven in de gaten!

De medewerkers van zowel DGZ als MCC staan klaar om jou advies op maat te verlenen en je te begeleiden naar controle over de uiergezondheid op jouw bedrijf.

>> Voor meer info: neem contact op met onze helpdeskmedewerkers op tel.: 078 05 05 23 of via e-mail: helpdesk@dgz.be.