Bioveiligheid in het kader van verhoogde waakzaamheid IBR: ieders verantwoordelijkheid
Om de verspreiding van IBR te voorkomen en te bestrijden, is het essentieel dat alle betrokkenen in de rundveehouderij de nodige bioveiligheidsmaatregelen nemen. Dat is altijd zo, maar in de huidige situatie nog meer dan anders. In dit artikel vind je enkele praktische tips waarmee je aan de slag kan als veehouder, maar ook als erfbetreder (dierenarts, inseminator, veehandelaar, klauwkapper, adviseur...). Meer informatie over bioveiligheid op het rundveebedrijf vind je trouwens op de website van onze eerdere “Mijn manier van werken”-campagnes.
Wees alert en proactief, bioveiligheid is altijd aangewezen. Je kan als veehouder gerust eisen dat erfbetreders niet zomaar de stal betreden, en dit duidelijk maken met bijvoorbeeld een bordje “Verboden toegang”. Het is ook belangrijk dat je de erfbetreders op de hoogte brengt als je besmette dieren hebt of als er een mogelijke verdenking of opschorting is. Erfbetreders met diercontacten vormen immers een groot risico voor de verspreiding van het virus.
Als veehouder: ken de maat van je erfbetreders
Probeer het aantal erfbetreders op je bedrijf te beperken. Uiteraard is het vaak noodzakelijk dat erfbetreders op je bedrijf langskomen, daarom is het belangrijk dat je er als veehouder voor zorgt (of er hen toe aanzet) dat deze erfbetreders “bioveilig” kunnen werken, zeker als ze nauw contact hebben met de dieren.
Krijg je regelmatig professionele erfbetreders over de vloer, die ook op andere bedrijven langsgaan, en dus mogelijk contact hebben met dieren? Vraag hen dan naar hun schoen- en kledijmaat, zodat je propere bedrijfseigen laarzen en kledij voor hen kunt voorzien. Dat maakt het niet alleen prettiger werken voor de erfbetreder, maar zorgt er vooral voor dat ze op een bioveilige manier met jouw dieren kunnen omgaan.
Ook voor erfbetreders die minder frequent langskomen kun je bedrijfskledij en -schoenen voorzien, maar zorg er minstens voor dat deze bezoekers vlot hun laarzen kunnen reinigen en ontsmetten (voorzie een vers en proper ontsmettingsbad voor na het reinigen). Geef bezoekers die geen bedrijfskledij dragen geen toegang tot de dieren.
Materiaal dat ook op andere bedrijven ingezet wordt, kan ziektekiemen overdragen. Daarom is het aangeraden om dit te vermijden, en als dat niet kan, is het cruciaal om dat materiaal grondig te reinigen en desinfecteren.
Specifiek voor IBR denken we bijvoorbeeld aan sondes, drenchpistolen, verlosmateriaal en een klauwkapbox.
Zorg er bij voorkeur voor dat erfbetreders die levende dieren komen afhalen niet of zo weinig mogelijk op het bedrijf zelf komen. Vermijd ook dat de wagens van Rendac op het bedrijf zelf komen. Plaats de af te voeren dieren (inclusief de kalveren) apart of voorzie een kadaverplaats die bij voorkeur zo dicht mogelijk bij de openbare weg ligt.
Als er nog IBR aanwezig is op je bedrijf, wijs de erfbetreders hier dan op, zodat ook zij de gepaste bioveiligheidsmaatregelen kunnen toepassen.
Als erfbetreder: attendeer op het belang van bioveiligheid “op maat” van het bedrijf
Professionele erfbetreders die op meerdere bedrijven in contact komen met mogelijk zieke of besmette runderen, vormen een risico. Daarom is de samenwerking tussen deze erfbetreders en de veehouder cruciaal, zodat zij hun nuttige werkzaamheden “bioveilig” op het bedrijf kunnen uitvoeren.
Waar kun je als erfbetreder zoal op letten?
- Gebruik bij voorkeur bedrijfseigen laarzen en overall/kiel
- Materiaal: belangrijk is dat alle materiaal goed gereinigd en ontsmet is voor en na gebruik, en bij voorkeur bedrijfseigen materiaal
- Draag wegwerphandschoenen als er sprake is van verhoogd risico op infectie
- Bij het einde van elk bezoek: reinig en ontsmet de handen
- Wees extra waakzaam op locaties waar IBR nog aanwezig is (gekende besmette bedrijven, afmestbedrijven IBR) en let op met aankopen.
Verspreiding van het IBR-virus
IBR is een virus dat matig overleeft in de omgeving. Een basisbioveiligheid zou dus voldoende moeten zijn, ook om andere ziektekiemen tegen te houden. Het IBR-virus wordt effectief afgedood met de meest courante ontsmettingsmiddelen. Bij warme omstandigheden kan het virus tot 13 dagen overleven. Bij koude omstandigheden kan het virus langer overleven (tot 1 maand).
IBR verspreidt zich hoofdzakelijk door neus aan neus contacten. Besmette dieren scheiden het virus uit via neus-, oog-, mond- en vaginale excreties. Onder stressmomenten gaat een IBR-drager tijdelijk opnieuw virus uitscheiden. In een (klinische) haard kan de virushoeveelheid echter zeer hoog zijn voor een langere periode, en is er een groter risico op verspreiding. Een verdoken circulatie zonder duidelijke symptomen of een besmetting die te laat bevestigd wordt, kunnen grote problemen veroorzaken. Daarom: blijf alert en zorg voor vroege detectie, dit is in ieders belang!
Meer tips over bioveiligheid op het rundveebedrijf vind je op onze "Mijn manier van werken"-campagnewebsite.
> Lees meer:
- Nieuwsbericht: Blijf alert voor IBR: uitbreiding verhoogd risico in West-Vlaanderen
- Nieuwsbericht: Blijf alert voor IBR, vooral in West-Vlaanderen
- Nieuwsbericht: IBR: verhoogde waakzaamheid, ook voor prijskampen