078 05 05 23

  
Elk hok moet na elke afvoer van een toom en in elk geval voor de opzet van een nieuwe toom gereinigd en ontsmet worden. Met een hygiëneonderzoek kan je nagaan of de reiniging en ontsmetting efficiënt zijn gebeurd. 

Pluimveehouders kunnen dit onderzoek laten uitvoeren door een medewerker van DGZ. DGZ beschikt namelijk over de nodige erkenningen om hygiënogrammen uit te voeren.

Hoe wordt een hygiënogram uitgevoerd en het resultaat berekend?

Naast een visuele beoordeling van de stal, worden de staalnames uitgevoerd conform een vast bemonsteringsschema al naargelang het staltype en de capaciteit van het bedrijf. Voor de bemonstering maakt men gebruik van steriele rodac-plaatjes van ongeveer 5,5 cm doorsnede gevuld met agar voor de totale koloniegetaltelling. Na staalname worden de plaatjes geïncubeerd bij 37°C.

Na incubatie wordt per plaatje  een score toegekend afhankelijk van het aantal aanwezige kolonies.

Het resultaat wordt bekomen door een gemiddelde te maken per hok van de scores van de afzonderlijke plaatjes.

De toekenning van de score gebeurt volgens onderstaande tabel:

 Kolonies (kve) per plaatje   Score 
0 0
1 t/m 40 1
41 t/m 120 2
121 t/m 400 3
Meer dan 400 4
Ontelbaar aantal 5
Niet interpreteerbaar NI
Niet bemonsterd /

  
De afzonderlijke scores per staalnameplaats staan op het beproevingsverslag vermeld. Het resultaat wordt berekend door het gemiddelde te maken van deze individuele scores. Dit gemiddelde wordt op één cijfer na de komma afgerond. 
Voor IKB worden de individuele scores van de voorruimte en het eierbewaarlokaal niet meegerekend voor de berekening van de gemiddelde score.

Wanneer een hygiënogram laten uitvoeren?

Volgens het Koninklijk Besluit (KB) van 17 juni 2013 (KB tot wijziging van het KB van 27 april 2007 betreffende de bestrijding van Salmonella bij pluimvee) wordt een routine hygiënogram niet opgelegd. Dit KB verplicht enkel een hygiënogram en swabcontrole na een Salmonella-positief resultaat.

De lastenboeken kunnen deze hygiënogrammen wel nog verplichten. Meer informatie hierover vind je in de respectievelijke lastenboeken.

Wat te doen bij een onvoldoende hygiënogramscore?

Het is de verantwoordelijkheid van de pluimveehouder om, afhankelijk van het resultaat van de hygiënogrammen en swabs, de nodige maatregelen toe te passen.

Klik hier voor een overzicht van de maatregelen zoals voorgeschreven door de lastenboeken van Belplume (tabel 1) en IKB (tabel 2); en het Koninklijk Besluit van 17 juni 2013 (tabel 3).

Normen visuele beoordeling

Tijdens de bemonstering van de stal wordt de hokhygiëne visueel beoordeeld.

De normen voor de visuele beoordeling zijn gedefinieerd als volgt:

 GOED  

Geen zichtbare afwijkingen aanwezig

 VOLDOENDE 

Lichte verontreiniging met losliggend vuil / voldoende wering / enigszins schade door ongedierte
 MATIG 

    Algemeen voorkomen van losliggend vuil en incidenteel vuil vastzittend in scheuren, kieren of gaten / diverse weringsproblemen / diersporen aanwezig

 SLECHT 

    Algemeen voorkomen van vastzittend vuil / grote weringsproblemen / levend ongedierte, insecten of uitwerpselen aanwezig